Afgelopen week stond er weer een interessant nieuwsbericht op de site van de NOS: “Ruim honderdduizend bedrijven moeten zelf jaarlijks gaan rapporteren welke maatregelen ze hebben genomen om energie te besparen. De overheid draait de bewijslast om in een poging de doelen van het Energieakkoord te halen.” Dat is dinsdag 13 februari besloten in de Tweede Kamer.

“Het gaat onder meer om winkels, restaurants, kantoren en fabrieken die meer dan 50.000 kWh stroom of meer dan 25.000 m3 gas verbruiken.” In het artikel wordt uitgelegd waarom de bewijslast wordt omgedraaid. De reden is heel simpel: omdat we anders nooit de gestelde doelen uit het Energieakkoord gaan halen. En als we die niet halen, kunnen we als Nederland ook de gemaakte klimaatafspraken van het akkoord van Parijs niet nakomen.

Dat de bewijslast nu omgedraaid wordt, gaat mogelijk de handhavende partijen helpen. Handhaving is namelijk best lastig, net zoals de overheid het überhaupt lastig vindt om de Wet Milieubeheer te handhaven (zie ook mijn blog uit 2017 over wetten en eisen). Vanwege allerlei verschillende huurcontracten die er tussen organisaties en gebouweigenaren zijn, is het voor de handhavende instanties veelal ingewikkeld te bepalen wie de zogenoemde ‘drijver van de inrichting’ is en dus aangeschreven moet worden.

Wil je daar meer over weten? Lees dan eens:
Artikel Huurder en verhuurder centraal bij Activiteitenbesluit
En
Blog Selina Roskam over Eigenaar en Huurder

In het najaar van 2017 heeft de RVO voor de handhavende diensten een checklist opgesteld om te bepalen wie er nu precies de drijver van de inrichting is. Voor jou als gebruiker van het gebouw is het natuurlijk heel belangrijk dat je goed met de verhurende partij bespreekt wie verantwoordelijk is voor welke maatregelen en wie er in zijn totaliteit aansprakelijk is voor de wet. Voor energiebesparing maakt het namelijk niet uit wie welke maatregelen neemt, als het maar een energiebesparing oplevert. Maar, zorg dat jij als gebouwgebruiker met de verhuurder goede afspraken maakt in het kader van de Split Incentive. Een groot deel van de energiebesparende maatregelen betreft aanpassingen aan het gebouw, dus die investeringen komt ten laste van de eigenaar, terwijl de baten – een lagere energierekening – voor de gebruiker van het gebouw, de huurder, zijn.

En nu?
Allereerst dien je te bepalen of je boven of onder de grens van 50.000 kWh stroom- of meer dan 25.000 m3 gasverbruik zit. Zo ja, dan geldt de omgekeerde bewijslast dus voor jou als huurder ook. Zit je daaronder, denk dan niet dat je niets hoeft te doen. Ook onder die grens geldt nog steeds de Wet milieubeheer. Deze bestaat al 25 jaar en er staat in dat alle energiebesparende maatregelen die binnen vijf jaar terugverdiend kunnen worden, ook werkelijk uitgevoerd moeten worden. Er zijn een aantal maatregelen die altijd terugverdiend kunnen worden in 5 jaar. En reken maar dat die er zijn. Deze zijn zelfs vastgelegd als de Erkende Maatregelen. Op deze lijst staan maatregelen die typisch bij de eigenaar van het pand horen. Maar let op! Er staan ook maatregelen op die in de meeste huurcontracten bij de gebruiker van het gebouw thuishoren. Zeker in single tenant gebouwen, komen veel maatregelen voor rekening van de huurder.

Heb je geen idee aan welke energiewetgeving jij met je gebouw moet voldoen? En wil je graag weten waar je aan toe bent? Mail mij op sannie@gebouwzicht.nl. Ik bel je dan voor een nadere kennismaking en samen maken we een afspraak voor een sessie Sparren met Sannie.

[fsb-social-bar]

Als je deze blog interessant vond, lees dan ook deze

Download GRATIS de “Checklist Gebouwdossier, de 5 hoekstenen van een goed gebouwdossier”

Vul de gegevens in en download de gratis checklist.

Hartelijk dank.